2 Corinthiërs 8:4

4 Ons met vele vermaning biddende, dat wij wilden aannemen de gave en de gemeenschap dezer bediening, die voor de heiligen geschiedt.

2 Corinthiërs 8:4 Meaning and Commentary

2 Corinthians 8:4

Praying us with much entreaty
They not only gave freely, being unasked by the apostles; but they sought to them, and earnestly entreated them,

that they would receive the gift;
the beneficence, what they had so freely and generously collected: and

the fellowship of the ministering to the saints;
what they had communicated for the service of the poor saints at Jerusalem, in which they testified their having and holding fellowship with the churches of Christ; and that they would receive it at their hands, and take it upon them, and carry it to Jerusalem, and distribute to the poor saints there, as should seem to them most proper and convenient; which they accordingly agreed to; see ( Romans 15:25 Romans 15:26 ) .

2 Corinthiërs 8:4 In-Context

2 Dat in vele beproeving der verdrukking de overvloed hunner blijdschap, en hun zeer diepe armoede overvloedig geweest is tot den rijkdom hunner goeddadigheid.
3 Want zij zijn naar vermogen (ik betuig het), ja, boven vermogen gewillig geweest;
4 Ons met vele vermaning biddende, dat wij wilden aannemen de gave en de gemeenschap dezer bediening, die voor de heiligen geschiedt.
5 En zij deden niet alleen, gelijk wij gehoopt hadden, maar gaven zichzelven eerst aan den Heere en daarna aan ons, door den wil van God.
6 Alzo dat wij Titus vermaanden, dat, gelijk hij te voren begonnen had, hij ook alzo nog deze gave bij u voleinden zou.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.