2 Kronieken 20:28

28 En zij kwamen te Jeruzalem, met luiten, en met harpen, en met trompetten, tot het huis des HEEREN.

2 Kronieken 20:28 Meaning and Commentary

2 Chronicles 20:28

And they came to Jerusalem with psalteries, and harps, and
trumpets
The three principal instruments of music used in singing the praises of God; these they played upon as they came to the city, and entered it, and passed through it:

unto the house of the Lord;
the temple, there to offer praise and thanksgiving again.

2 Kronieken 20:28 In-Context

26 En op den vierden dag vergaderden zij zich in het dal van Beracha, want daar loofden zij den HEERE; daarom noemden zij den naam dierzelver plaats het dal van Beracha, tot op dezen dag.
27 Daarna keerden alle mannen van Juda en Jeruzalem weder, en Josafat in de voorspitse van hen, om wederom met blijdschap tot Jeruzalem te komen; want de HEERE had hen verblijd over hun vijanden.
28 En zij kwamen te Jeruzalem, met luiten, en met harpen, en met trompetten, tot het huis des HEEREN.
29 En er werd een verschrikking Gods over alle koninkrijken dier landen, als zij hoorden, dat de HEERE tegen de vijanden van Israel gestreden had.
30 Alzo was het koninkrijk van Josafat stil; en zijn God gaf hem rust rondom henen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.