2 Kronieken 20:29

29 En er werd een verschrikking Gods over alle koninkrijken dier landen, als zij hoorden, dat de HEERE tegen de vijanden van Israel gestreden had.

2 Kronieken 20:29 Meaning and Commentary

2 Chronicles 20:29

And the fear of God was on all the kingdoms of these
countries
Whose armies were slain, and all other neighbouring ones; for the word these is supplied:

when they had heard that the Lord fought against the enemies of Israel;
and they were afraid to invade their land, or make war with them; nor did the Edomites dare to revolt in the times of Jehoshaphat.

2 Kronieken 20:29 In-Context

27 Daarna keerden alle mannen van Juda en Jeruzalem weder, en Josafat in de voorspitse van hen, om wederom met blijdschap tot Jeruzalem te komen; want de HEERE had hen verblijd over hun vijanden.
28 En zij kwamen te Jeruzalem, met luiten, en met harpen, en met trompetten, tot het huis des HEEREN.
29 En er werd een verschrikking Gods over alle koninkrijken dier landen, als zij hoorden, dat de HEERE tegen de vijanden van Israel gestreden had.
30 Alzo was het koninkrijk van Josafat stil; en zijn God gaf hem rust rondom henen.
31 Zo regeerde Josafat over Juda; hij was vijf en dertig jaren oud, als hij koning werd, en hij regeerde vijf en twintig jaren te Jeruzalem; en de naam zijner moeder was Azuba, een dochter van Silhi.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.