Amos 5:10

10 Zij haten in de poort dengene, die bestraft, en hebben een gruwel van dien, die oprechtelijk spreekt.

Amos 5:10 Meaning and Commentary

Amos 5:10

They hate him that rebuketh in the gate
Openly and publicly in the courts of judicature: wicked judges hated the prophets of the Lord, such as Amos, who faithfully reproved them for the perversion of justice, even when they were upon the bench: or the people were so corrupt and degenerate, that they hated those faithful judges who reproved them for their vices in the open courts of justice, when they came before them, The former sense seems best, and more agreeable to the context: and they abhor him that speaketh uprightly;
not only hate him, but abhor him, cannot bear the sight of him, or to hear his name mentioned that speaks out his mind freely and honestly, and tells them of their sins, and advises them to repent of them, and leave them.

Amos 5:10 In-Context

8 Die het Zevengesternte en den Orion maakt, en de doodsschaduw in den morgenstond verandert, en den dag als den nacht verduistert; Die de wateren der zee roept, en giet ze uit op den aardbodem, HEERE is Zijn Naam.
9 Die Zich verkwikt door verwoesting over een sterke; zodat de verwoesting komt over een vesting.
10 Zij haten in de poort dengene, die bestraft, en hebben een gruwel van dien, die oprechtelijk spreekt.
11 Daarom, omdat gij den arme vertreedt en een last koren van hem neemt, zo hebt gij wel huizen gebouwd van gehouwen steen, maar gij zult daarin niet wonen; gij hebt gewenste wijngaarden geplant, maar gij zult derzelver wijn niet drinken.
12 Want Ik weet, dat uw overtredingen menigvuldig, en uw zonden machtig vele zijn; zij benauwen den rechtvaardige, nemen zoengeld, en verstoten de nooddruftigen in de poort.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.