Deuteronomium 3:23

23 Ook bad ik den HEERE om genade, zeggende ter zelfder tijd:

Deuteronomium 3:23 Meaning and Commentary

Deuteronomy 3:23

And I besought the Lord at that time
When he was told he should die, and Joshua should succeed him; or when the two kings were slain, and their kingdoms conquered; this being the beginning, pledge, and earnest of what God had promised to do for the people of Israel; Moses was very desirous of living to see the work completed, and therefore sought the Lord by prayer and supplication:

saying;
as follows.

Deuteronomium 3:23 In-Context

21 Ook gebood ik Jozua ter zelfder tijd, zeggende: Uw ogen zien alles, wat de HEERE, ulieder God, aan deze twee koningen gedaan heeft; alzo zal de HEERE aan alle koninkrijken doen, naar welke gij henen doortrekt.
22 Vreest ze niet; want de HEERE, uw God, strijdt voor ulieden.
23 Ook bad ik den HEERE om genade, zeggende ter zelfder tijd:
24 Heere HEERE! Gij hebt begonnen Uw knecht te tonen Uw grootheid en Uw sterke hand; want wat God is er in den hemel en op de aarde, die doen kan naar Uw werken, en naar Uw mogendheden!
25 Laat mij toch overtrekken, en dat goede land bezien, dat aan gene zijde van de Jordaan is, dat goede gebergte, en den Libanon!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.