Deuteronomium 3:6

6 En wij verbanden dezelve, gelijk wij Sihon, den koning van Hesbon, gedaan hadden, verbannende alle steden, mannen, vrouwen en kinderen.

Deuteronomium 3:6 Meaning and Commentary

Deuteronomy 3:6

And we utterly destroyed them
Not the cities, but the inhabitants of them:

as we did to Sihon king of Heshbon;
they did not destroy his cities, for they took them and dwelt in them; but the people that lived there, as follows here:

utterly destroying the men, women, and children, of every city;
see ( Deuteronomy 2:34 ) .

Deuteronomium 3:6 In-Context

4 En wij namen te dier tijd al zijn steden; er was geen stad, die wij van hen niet namen: zestig steden, de ganse landstreek van Argob, het koninkrijk van Og in Bazan.
5 Al die steden waren met hoge muren, poorten en grendelen gesterkt, behalve zeer vele onbemuurde steden.
6 En wij verbanden dezelve, gelijk wij Sihon, den koning van Hesbon, gedaan hadden, verbannende alle steden, mannen, vrouwen en kinderen.
7 Doch al het vee en den roof van die steden roofden wij voor ons.
8 Zo namen wij te dier tijd het land uit de hand van de twee koningen der Amorieten, die aan deze zijde van de Jordaan waren, van de beek Arnon tot den berg Hermon toe;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.