Esther 6:5

5 En des konings jongelingen zeiden tot hem: Zie, Haman staat in het voorhof. Toen zeide de koning: Dat hij inkome.

Esther 6:5 Meaning and Commentary

Esther 6:5

And the king's servants said unto him, behold, Haman standeth
in the court
In the outward court; for into the inward court none might enter without being called, for which he was waiting:

and the king said, let him come in;
into his bedchamber; and it was of God, no doubt, that Haman should be on the spot at this very time, when the king was in the humour to do honour to Mordecai, and by him.

Esther 6:5 In-Context

3 Toen zeide de koning: Wat eer en verhoging is Mordechai hierover gedaan? En de jongelingen des konings, zijn dienaars, zeiden: Aan hem is niets gedaan.
4 Toen zeide de koning: Wie is in het voorhof? (Haman nu was gekomen in het buitenvoorhof van het huis des konings, om den koning te zeggen, dat men Mordechai zou hangen aan de galg, die hij hem had doen bereiden.)
5 En des konings jongelingen zeiden tot hem: Zie, Haman staat in het voorhof. Toen zeide de koning: Dat hij inkome.
6 Als Haman ingekomen was, zo zeide de koning tot hem: Wat zal men met dien man doen, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft? Toen zeide Haman in zijn hart: Tot wien heeft de koning een welbehagen, om hem eer te doen, meer dan tot mij?
7 Daarom zeide Haman tot den koning: Den man, tot wiens eer de koning een welbehagen heeft,
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.