Ezechiël 1:9

9 Hun vleugelen waren samengevoegd, de een aan den ander; zij keerden zich niet om, als zij gingen; zij gingen elkeen recht uit voor zijn aangezicht henen.

Ezechiël 1:9 Meaning and Commentary

Ezekiel 1:9

Their wings [were] joined one to another
"A woman to her sister" F14, in the Hebrew; denoting the concord, harmony, and agreement of Gospel ministers, and their affection to one another; they preach the same Gospel; administer the same ordinances; do the same work of the Lord; have the same zeal for the glory of God; the same love for Christ, and affection for the souls of men; are of the same mind and judgment, and help each other in the service of the Lord; and especially so it will be in the latter day glory, when the watchmen shall see eye to eye, ( Isaiah 52:8 ) ; they turned not when they went; they went everyone straight forward;
they go not into the path of error and immorality; they do not become apostates from the truth; they are not of them that draw back unto perdition; they go on in the course of their ministry straightforward; let what will be in their way, nothing diverts them from it; notwithstanding all difficulties and discouragements in themselves; reproaches, afflictions, and persecutions from men; and the temptations of Satan; (See Gill on Ezekiel 1:7).


FOOTNOTES:

F14 (htwxa la hva) "foemina adsororem suam", Montanus, Polanus; "vira, [sive] mulier ad sociam suam", so some in Vatablus.

Ezechiël 1:9 In-Context

7 En hun voeten waren rechte voeten, en hun voetplanten waren gelijk de voetplanten van een kalf, en glinsterden gelijk de verf van glad koper.
8 En mensenhanden waren onder hun vleugelen, aan hun vier zijden; en die vier hadden hun aangezichten en hun vleugelen.
9 Hun vleugelen waren samengevoegd, de een aan den ander; zij keerden zich niet om, als zij gingen; zij gingen elkeen recht uit voor zijn aangezicht henen.
10 De gelijkenis nu van hun aangezicht was het aangezicht eens mensen, en het aangezicht eens leeuws hadden zij vier aan de rechterzijde; en ter linkerzijde hadden die vier eens ossen aangezicht; ook hadden die vier eens arends aangezicht.
11 Ook waren hun aangezichten en hun vleugelen opwaarts verdeeld; elkeen had er twee samengevoegd aan de andere, en twee bedekten hun lichamen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.