Ezechiël 42:1

1 Daarna bracht hij mij uit tot het buitenste voorhof; den weg naar den weg van het noorden; en hij bracht mij tot de kameren, die tegenover de afgesneden plaats, en die tegenover het gebouw tegen het noorden waren:

Ezechiël 42:1 Meaning and Commentary

Ezekiel 42:1

Then he brought me forth into the utter court, the way toward
the north
After the dimensions of the gates and courts of this building had been shown, and that of itself, the holy and most holy place, with the ornaments thereof; the prophet is brought by his guide into the outward court, which encompassed the building to the north part of it; probably he came out of the north gate of the house into it. So the Targum renders it,

``by the way of the gate which is open to the way of the north:''

and he brought me into the chamber that was over against the separate
place;
or holy of holies; see ( Ezekiel 41:12 ) , over against or before this, to the north of it, were a chamber or chambers; the singular being put for the plural; whither the prophet was brought to take a view of, being a new and distinct building from all others he had seen before; unto one of them, or to the place of them, as Jarchi, where they stood: there were two rows of them opposite to each other, and a walk between them; they are afterwards called the north and south chambers, ( Ezekiel 42:13 ) : and which was before the building toward the north;
this chamber or chambers were over against or before the whole fabric, to the north of it. The Jews here confess their ignorance, there being nothing in the first or second temple answerable to these. Lipman ^F19 expressly says these chambers were not in the second temple; perhaps they may design the Protestant reformed churches in the northern parts of the world; the religion of Protestants is by the Papists called the northern heresy: and if our northern churches are here pointed at and described, it is a great honour that is done them, to have a particular apartment allotted them in this wonderful building; compare ( Psalms 48:2 ) .

---

FOOTNOTES:

F19 Tzurath Beth Hamikdash, sect. 71.

Ezechiël 42:1 In-Context

1 Daarna bracht hij mij uit tot het buitenste voorhof; den weg naar den weg van het noorden; en hij bracht mij tot de kameren, die tegenover de afgesneden plaats, en die tegenover het gebouw tegen het noorden waren:

2 Voor aan de lengte van de honderd ellen naar de deur van het noorden; en de breedte was vijftig ellen.

3 Tegenover de twintig ellen, die het binnenste voorhof had, en tegenover het plaveisel, dat het buitenste voorhof had, was galerij tegen galerij, in drie rijen.

4 En voor de kameren was een wandeling van tien ellen de breedte; naar binnen toe, en een weg van een el; en de deuren van dezelve waren tegen het noorden.

5 De bovenste kameren nu waren nauwer (omdat de galerijen hoger waren dan dezelve), dan de onderste en dan de middelste des gebouws.