Ezra 8:20

20 En van Nethinim, die David en de vorsten ten dienste der Levieten gegeven hadden, tweehonderd en twintig Nethinim, die allen bij namen genoemd werden.

Ezra 8:20 Meaning and Commentary

Ezra 8:20

Also of the Nethinims, whom David and the princes had
appointed for the service of the Levites
To wait upon them, and minister to them, as they did to the priests; some think those were the same with the Gibeonites, whom Joshua gave to the service of the sanctuary, and David confirmed; but others are of opinion these were different from them, and an addition to them:

two hundred and twenty Nethinims: all of them were expressed by
name;
in the history that Iddo sent of them to Ezra; and so the names of the Levites, though not here expressed, only the names of those they came with.

Ezra 8:20 In-Context

18 En zij brachten ons, naar de goede hand onzes Gods over ons, een man van verstand, van de kinderen van Mahli, den zoon van Levi, den zoon van Israel; namelijk Serebja, met zijn zonen en broederen, achttien;
19 En Hasabja, en met hem Jesaja, van de kinderen van Merari, met zijn broederen, en hun zonen, twintig;
20 En van Nethinim, die David en de vorsten ten dienste der Levieten gegeven hadden, tweehonderd en twintig Nethinim, die allen bij namen genoemd werden.
21 Toen riep ik aldaar een vasten uit aan de rivier Ahava, opdat wij ons verootmoedigden voor het aangezicht onzes Gods, om van Hem te verzoeken een rechten weg, voor ons, en voor onze kinderkens, en voor al onze have.
22 Want ik schaamde mij van den koning een heir en ruiters te begeren, om ons te helpen van den vijand, op den weg; omdat wij tot den koning hadden gesproken, zeggende: De hand onzes Gods is ten goede over allen, die Hem zoeken, maar Zijn sterkte en Zijn toorn over allen, die Hem verlaten.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.