Genesis 23:18

18 Aan Abraham tot een bezitting, voor de ogen van de zonen Heths, bij allen, die tot zijn stadspoort ingingen.

Genesis 23:18 Meaning and Commentary

Genesis 23:18

Unto Abraham for a possession
To be enjoyed by him and his for ever, as his own property, being purchased by his money: in the presence of the children of Heth;
they being witnesses of the bargain, and of the payment of the money by Abraham, and of the surrender of the field unto him, for his own use: before all that went in at the gates of his city;
not of Abraham's city, for he had none, but of Ephron's city, which was Hebron, see ( Genesis 23:10 ) ; these are either the same with the children of Heth, and so the clause is added by way of explanation, and including all the inhabitants of the place; or else different from them, they intending the princes of the people that composed the assembly Abraham addressed, and these the common people, the inhabitants of the place. Aben Ezra takes them to be the travellers that passed and repassed through the gates of the city: however, the design of the expression is to show in what a public manner this affair was transacted, and that the field was made as firm and as sure to Abraham as it could well be, no writings on such occasion being used so early.

Genesis 23:18 In-Context

16 En Abraham luisterde naar Efron; en Abraham woog Efron het geld, waarvan hij gesproken had voor de oren van de zonen Heths, vierhonderd sikkelen zilvers, onder den koopman gangbaar.

17 Alzo werd de akker van Efron, die in Machpela was, dat tegenover Mamre lag, de akker en de spelonk, die daarin was, en al het geboomte, dat op den akker stond, dat rondom in zijn ganse landpale was gevestigd,

18 Aan Abraham tot een bezitting, voor de ogen van de zonen Heths, bij allen, die tot zijn stadspoort ingingen.

19 En daarna begroef Abraham zijn huisvrouw Sara in de spelonk des akkers van Machpela, tegenover Mamre, hetwelk is Hebron, in het land Kanaan

20 Alzo werd die akker, en de spelonk die daarin was, aan Abraham gevestigd tot een erfbegrafenis van de zonen Heths.