And Leah conceived again For bearing children Jacob took more to her, and more frequently attended her apartment and bed: and bare Jacob a sixth son; the sixth by her, but the tenth by her and his two maids.
17
En God verhoorde Lea; en zij werd bevrucht, en baarde Jakob den vijfden zoon.
18
Toen zeide Lea: God heeft mijn loon gegeven, nadat ik mijn dienstmaagd aan mijn man gegeven heb; en zij noemde zijn naam Issaschar.
19
En Lea werd wederom bevrucht, en zij baarde Jakob den zesden zoon.
20
En Lea zeide: God heeft mij, mij heeft Hij begiftigd met een goede gift; ditmaal zal mijn man mij bijwonen; want ik heb hem zes zonen gebaard; en zij noemde zijn naam Zebulon.
21
En zij baarde daarna een dochter; en zij noemde haar naam Dina.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.