Genesis 33:12

12 En hij zeide: Laat ons reizen en voorttrekken; en ik zal voor u trekken.

Genesis 33:12 Meaning and Commentary

Genesis 33:12

And he said, let us take our journey, and let us go
To Seir, where Esau lived, and whither he invited Jacob to stop a while, and refresh himself and his family: and I will go before thee;
to show him the way to his palace, and to protect him on the road from all dangers; or "besides thee" F17, alongside of him, keeping equal pace with him, thereby showing great honour and respect, as well as in order to converse with him as they, travelled.


FOOTNOTES:

F17 (Kdgnl) "e regione tui", Montanus, Fagius, Drusius; "a latere tuo", Vatablus; "juxta te", Cartwright.

Genesis 33:12 In-Context

10 Toen zeide Jakob: Och neen! indien ik nu genade in uw ogen gevonden heb, zo neem mijn geschenk van mijn hand; daarom, omdat ik uw aangezicht gezien heb, als had ik Gods aangezicht gezien, en gij welgevallen aan mij genomen hebt.
11 Neem toch mijn zegen, die u tegemoet gebracht is, dewijl het God mij genadiglijk verleend heeft, en dewijl ik alles heb; en hij hield bij hem aan, zodat hij het nam.
12 En hij zeide: Laat ons reizen en voorttrekken; en ik zal voor u trekken.
13 Maar hij zeide tot hem: Mijn heer weet, dat deze kinderen teder zijn, en dat ik zogende schapen en koeien bij mij heb; indien men dezelve maar een dag afdrijft, zo zal de gehele kudde sterven.
14 Mijn heer trekke toch voorbij, voor het aangezicht van zijn knecht; en ik zal mij op mijn gemak als leidsman voegen, naar den gang van het werk, hetwelk voor mijn aangezicht is, en naar den gang dezer kinderen, totdat ik bij mijn heer te Seir kome.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.