Genesis 33:6

6 Toen traden de dienstmaagden toe, zij en haar kinderen, en zij bogen zich neder.

Genesis 33:6 Meaning and Commentary

Genesis 33:6

Then the handmaids came near, they and their children
Being foremost, and next to, Jacob, as Bilhah and her two sons, Dan and Naphtali, and Zilpah and her two sons, Gad and Asher: and they bowed themselves;
in token of respect to Esau, as Jacob had done before them, and set them an example, and no doubt instructed them to do it.

Genesis 33:6 In-Context

4 Toen liep Ezau hem tegemoet, en nam hem in den arm, en viel hem aan den hals, en kuste hem; en zij weenden.
5 Daarna hief hij zijn ogen op, en zag die vrouwen en die kinderen, en zeide: Wie zijn deze bij u? En hij zeide: De kinderen, die God aan uw knecht genadiglijk verleend heeft.
6 Toen traden de dienstmaagden toe, zij en haar kinderen, en zij bogen zich neder.
7 En Lea trad ook toe, met haar kinderen, en zij bogen zich neder; en daarna trad Jozef toe en Rachel, en zij bogen zich neder.
8 En hij zeide: Voor wien is u al dit heir, dat ik ontmoet heb? En hij zeide: Om genade te vinden in de ogen mijns heren!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.