Genesis 9:8

8 Voorts zeide God tot Noach, en tot zijn zonen met hem, zeggende:

Genesis 9:8 Meaning and Commentary

Genesis 9:8

And God spake unto Noah, and to his sons with him
Not only what is contained in the preceding verses, but in the subsequent ones:

saying;
as follows.

Genesis 9:8 In-Context

6 Wie des mensen bloed vergiet, zijn bloed zal door den mens vergoten worden; want God heeft den mens naar Zijn beeld gemaakt.
7 Maar gijlieden, weest vruchtbaar, en vermenigvuldigt; teelt overvloediglijk voort op de aarde, en vermenigvuldigt op dezelve.
8 Voorts zeide God tot Noach, en tot zijn zonen met hem, zeggende:
9 Maar Ik, ziet, Ik richt Mijn verbond op met u, en met uw zaad na u;
10 En met alle levende ziel, die met u is, van het gevogelte, van het vee, en van alle gedierte der aarde met u; van allen, die uit de ark gegaan zijn, tot al het gedierte der aarde toe.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.