Handelingen 20:37

37 En er werd een groot geween van hen allen; en zij, vallende om den hals van Paulus, kusten hem;

Handelingen 20:37 Meaning and Commentary

Acts 20:37

And they all wept sore
At the thoughts of parting with such a faithful and affectionate friend and servant of Christ; and no doubt but their affections were greatly moved by his prayers for them, as well as by his discourse to them. Christians are not Stoics, religion does not take away and destroy the natural affections, but regulates and governs them, and directs to a right use of them:

and fell on Paul's neck and kissed him;
as Esau fell on Jacob's neck and kissed him, ( Genesis 33:4 ) and Joseph on his brother Benjamin's, and his father Jacob's, ( Genesis 45:14 ) ( 46:29 ) . And it was usual with the eastern nations, particularly the Persians ^F12, for friends and relations to kiss at parting, as well as at meeting; see ( Ruth 1:9 Ruth 1:14 ) .

---

FOOTNOTES:

F12 Xenophon. Cyclopedia, l. 1. c. 20.

Handelingen 20:37 In-Context

35 Ik heb u in alles getoond, dat men, alzo arbeidende, de zwakken moet opnemen, en gedenken aan de woorden van den Heere Jezus, dat Hij gezegd heeft: Het is zaliger te geven, dan te ontvangen.

36 En als hij dit gezegd had, heeft hij nederknielende met hen allen gebeden.

37 En er werd een groot geween van hen allen; en zij, vallende om den hals van Paulus, kusten hem;

38 Zeer bedroefd zijnde, allermeest over het woord, dat hij gezegd had, dat zij zijn aangezicht niet meer zien zouden; en zij geleidden hem naar het schip.