Hebreeën 7:6

6 Maar hij, die zijn geslachtsrekening uit hen niet heeft, die heeft van Abraham tienden genomen, en hem, die de beloftenissen had, heeft hij gezegend.

Hebreeën 7:6 Meaning and Commentary

Hebrews 7:6

But he whose descent is not counted from them,
&c] That is, Melchizedek, whose genealogy or pedigree is not reckoned from the Levites, nor from any from whom they descend; his lineal descent is not the same with theirs; and so did not receive tithes by any law, as they did, but by virtue of his superiority: received tithes of Abraham; not from the people, or his brethren, but from Abraham, the father of the people of Israel, and of Levi himself:

and blessed him that had the promises;
of a Son, and of the Messiah, that should spring from him, in whom all nations should be blessed, and of the land of Canaan, and of the blessings of grace and glory. This shows that Melchizedek had a descent, though it was not known; and that, since his descent was not the same with the Levites, he was a more proper type of Christ, who belonged not to that, but another tribe.

Hebreeën 7:6 In-Context

4 Aanmerkt nu, hoe groot deze geweest zij, aan denwelken ook Abraham, de patriarch, tienden gegeven heeft uit den buit.

5 En die uit de kinderen van Levi het priesterdom ontvangen, hebben wel bevel om tienden te nemen van het volk, naar de wet, dat is, van hun broederen, hoewel die uit de lenden van Abraham voortgekomen zijn.

6 Maar hij, die zijn geslachtsrekening uit hen niet heeft, die heeft van Abraham tienden genomen, en hem, die de beloftenissen had, heeft hij gezegend.

7 Nu, zonder enig tegenspreken, hetgeen minder is, wordt gezegend van hetgeen meerder is.

8 En hier nemen wel tienden de mensen, die sterven, maar aldaar neemt ze die, van welken getuigd wordt, dat hij leeft.