Jozua 10:7

7 Toen toog Jozua op van Gilgal, hij en al het krijgsvolk met hem, en alle strijdbare helden.

Jozua 10:7 Meaning and Commentary

Joshua 10:7

So Joshua ascended from Gilgal
Which lay low in the plains of Jericho:

he and all the men of war with him;
which must not be understood of the whole camp of Israel, which consisted of five hundred thousand fighting men at least; since such a number was unnecessary for this expedition, and could not have proceeded with that haste the case required; nor would it have been prudent and advisable to have left the unarmed people, old men, women, and children, defenceless; but these were a select company of able men, fit for travel as well as war:

and all the mighty men of valour;
or "even all", as many as were picked out for the purpose, being men of strength, activity, and courage.

Jozua 10:7 In-Context

5 Toen werden verzameld en kwamen op, vijf koningen der Amorieten, de koning van Jeruzalem, de koning van Hebron, de koning van Jarmuth, de koning van Lachis, de koning van Eglon, zij en al hun legers; en zij belegerden Gibeon, en krijgden tegen haar.

6 De mannen nu van Gibeon zonden tot Jozua, in het leger van Gilgal, zeggende: Trek uw handen niet af van uw knechten, kom haastelijk tot ons op, en verlos ons, en help ons; want al de koningen der Amorieten, die op het gebergte wonen, hebben zich tegen ons vergaderd.

7 Toen toog Jozua op van Gilgal, hij en al het krijgsvolk met hem, en alle strijdbare helden.

8 Want de HEERE had tot Jozua gezegd: Vrees u niet voor hen, want Ik heb ze in uw hand gegeven; niemand van hen zal voor uw aangezicht bestaan.

9 Alzo kwam Jozua snellijk tot hen; den gansen nacht over was hij van Gilgal opgetrokken.