Jozua 11:19

19 Er was geen stad, die vrede maakte met de kinderen Israels, behalve de Hevieten, inwoners van Gibeon; zij namen ze allen in door krijg.

Jozua 11:19 Meaning and Commentary

Joshua 11:19

There was not a city that made peace with the children of
Israel
Though, according to the Jews, Joshua, upon his first landing in Canaan, sent letters and messages to all the inhabitants of the land, offering them peace on certain terms; particularly that he sent three messages, or proposed three things to them; that those who had a mind to flee might flee; that those who were desirous of making peace might make it; and they that were for war, let them fight; all were for the last, and so perished F5:

save the Hivites and the inhabitants of Gibeon;
these, some have thought, did not hear of the offers of peace, others think they did, and at first rejected them, but repenting were obliged to take the crafty methods they did to obtain it, of which see ( Joshua 9:1-5 ) ;

all [other] they took in battle;
refusing to submit to them and make peace with them.


FOOTNOTES:

F5 Hieros. Sheviith, fol. 37. 3.

Jozua 11:19 In-Context

17 Van den kalen berg, die opwaarts naar Seir gaat, tot Baal-Gad toe, in het dal van den Libanon, onder aan den berg Hermon; al hun koningen nam hij ook, en sloeg hen, en doodde hen.
18 Vele dagen voerde Jozua krijg tegen al deze koningen.
19 Er was geen stad, die vrede maakte met de kinderen Israels, behalve de Hevieten, inwoners van Gibeon; zij namen ze allen in door krijg.
20 Want het was van den HEERE, hun harten te verstokken, dat zij Israel met oorlog tegemoet gingen, opdat hij hen verbannen zoude, dat hun geen genade geschiedde, maar opdat hij hen verdelgen zoude, gelijk als de HEERE Mozes geboden had.
21 Te dier tijde nu kwam Jozua, en roeide de Enakieten uit, van het gebergte, van Hebron, van Debir, van Anab, en van het ganse gebergte van Juda, en van het ganse gebergte van Israel; Jozua verbande hen met hun steden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.