Klaagliederen 3:3

3 Aleph. Hij heeft Zich immers tegen mij gewend, Hij heeft Zijn hand den gansen dag veranderd.

Klaagliederen 3:3 Meaning and Commentary

Lamentations 3:3

Surely against me is he turned
As an enemy, who used to be a friend; he has so altered and changed the course of his providence, as if his favour and affections were wholly removed; he has planted his artillery against me, and made me the butt of his arrows: or, "only against me"; so Jarchi; as if he was the only person, or the Jews the only people, so afflicted of God: he turneth his hand [against me] all the day;
to smite with one blow after another, and that continually, without ceasing; so the hand of justice was turned upon Christ, as the surety of his people, and he was smitten and stricken of God; while the hand of grace and mercy was turned upon them; see ( Zechariah 13:7 ) .

Klaagliederen 3:3 In-Context

1 Aleph. Ik ben de man, die ellende gezien heeft door de roede Zijner verbolgenheid.
2 Aleph. Hij heeft mij geleid en gevoerd in de duisternis, en niet in het licht.
3 Aleph. Hij heeft Zich immers tegen mij gewend, Hij heeft Zijn hand den gansen dag veranderd.
4 Beth. Hij heeft mijn vlees en mijn huid oud gemaakt, Hij heeft mijn beenderen gebroken.
5 Beth. Hij heeft tegen mij gebouwd, en Hij heeft mij met galle en moeite omringd.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.