Leviticus 22:30

30 Het zal op denzelfden dag gegeten worden; gij zult daarvan niet overlaten tot op den morgen; Ik ben de HEERE!

Leviticus 22:30 Meaning and Commentary

Leviticus 22:30

On the same day it shall be eaten up
Which is the law concerning it; (See Gill on Leviticus 7:15): ye shall leave none of it till the morning;
of another day, as the Vulgate Latin version adds, and much less the fat of them, and the most holy things, as Ben Gersom observes, the one being to be burnt upon the altar, the other to be eaten by the priests I [am] the Lord;
who has made this law, and expect it will be observed.

Leviticus 22:30 In-Context

28 Gij zult ook een os, of klein vee, hem en zijn jong, op een dag niet slachten.
29 En als gij een lofoffer den HEERE zult slachten, naar uw wil zult gij het slachten.
30 Het zal op denzelfden dag gegeten worden; gij zult daarvan niet overlaten tot op den morgen; Ik ben de HEERE!
31 Daarom zult gij Mijn geboden houden, en dezelve doen; Ik ben de HEERE!
32 En gij zult Mijn heiligen Naam niet ontheiligen, opdat Ik in het midden der kinderen Israels geheiligd worde; Ik ben de HEERE, Die u heilige!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.