Lukas 17:16

16 En hij viel op het aangezicht voor Zijn voeten, Hem dankende; en dezelve was een Samaritaan;

Lukas 17:16 Meaning and Commentary

Luke 17:16

And he fell down on his face at his feet
For being cleansed, he might draw nigh unto Jesus; and which he did, with the most profound respect unto him, and reverence of him; and having a deep sense of the favour he had received from him, prostrated himself in this manner before him:

giving him thanks;
who had shown compassion to him, had exerted his power on him, and had favoured him with such a singular mercy, as restoring him to health:

and he was a Samaritan;
this is particularly remarked by the evangelist, because the Samaritans were reckoned by the Jews, to be ignorant and irreligious persons, and no better than Heathens; and yet this man behaved as a religious good man, who had a sense of his mercy, knew his duty, and his obligations, and performed them; when the other nine, who very likely were all Jews, acted a very stupid and ungrateful part.

Lukas 17:16 In-Context

14 En als Hij hen zag, zeide Hij tot hen: Gaat heen en vertoont uzelven den priesters. En het geschiedde, terwijl zij heengingen, dat zij gereinigd werden.
15 En een van hen, ziende, dat hij genezen was, keerde wederom, met grote stemme God verheerlijkende.
16 En hij viel op het aangezicht voor Zijn voeten, Hem dankende; en dezelve was een Samaritaan;
17 En Jezus, antwoordende, zeide: Zijn niet de tien gereinigd geworden, en waar zijn de negen?
18 En zijn er geen gevonden, die wederkeren, om Gode eer te geven, dan deze vreemdeling?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.