Nehemia 11:20

20 Het overige nu van Israel, van de priesters en de Levieten, was in alle steden van Juda, een iegelijk in zijn erfdeel.

Nehemia 11:20 Meaning and Commentary

Nehemiah 11:20

And the residue of Israel, of the priests and the Levites,
&c.]. All of them, besides those that dwelt at Jerusalem: were

in all the cities of Judah, everyone in his inheritance;
the Israelites in the cities, houses, and estates enjoyed by their ancestors, and the priests and Levites in the cities given out of the several tribes.

Nehemia 11:20 In-Context

18 Al de Levieten in de heilige stad waren tweehonderd vier en tachtig.
19 En de poortiers: Akkub, Talmon, met hun broederen, die wacht hielden in de poorten, waren honderd twee en zeventig.
20 Het overige nu van Israel, van de priesters en de Levieten, was in alle steden van Juda, een iegelijk in zijn erfdeel.
21 En de Nethinim woonden in Ofel; en Ziha en Gispa waren over de Nethinim.
22 En der Levieten opziener te Jeruzalem was Uzzi, de zoon van Bani, den zoon van Hasabja, den zoon van Matthanja, den zoon van Micha; van de kinderen van Asaf waren de zangers tegenover het werk van Gods huis.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.