Markus 1:33-43

33 En de gehele stad was bijeenvergaderd omtrent de deur.
34 En Hij genas er velen, die door verscheidene ziekten kwalijk gesteld waren; en wierp vele duivelen uit, en liet de duivelen niet toe te spreken, omdat zij Hem kenden.
35 En des morgens vroeg, als het nog diep in den nacht was, opgestaan zijnde, ging Hij uit, en ging henen in een woeste plaats, en bad aldaar.
36 En Simon, en die met hem waren, zijn Hem nagevolgd.
37 En zij Hem gevonden hebbende, zeiden tot Hem: Zij zoeken U allen.
38 En Hij zeide tot hen: Laat ons in de bijliggende vlekken gaan, opdat Ik ook daar predike; want daartoe ben Ik uitgegaan.
39 En Hij predikte in hun synagogen, door geheel Galilea, en wierp de duivelen uit.
40 En tot Hem kwam een melaatse, biddende Hem, en vallende voor Hem op de knieen, en tot Hem zeggende: Indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen.
41 En Jezus, met barmhartigheid innerlijk bewogen zijnde, strekte de hand uit, en raakte hem aan, en zeide tot hem: Ik wil, word gereinigd!
42 En als Hij dit gezegd had, ging de melaatsheid terstond van hem, en hij werd gereinigd.
43 En als Hij hem strengelijk verboden had, deed Hij hem terstond van Zich gaan;

Markus 1:33-43 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO MARK

This is the title of the book, the subject of which is the Gospel; a joyful account of the ministry, miracles, actions, and sufferings of Christ: the writer of it was not one of the twelve apostles, but an evangelist; the same with John Mark, or John, whose surname was Mark: John was his Hebrew name, and Mark his Gentile name, Ac 12:12,25, and was Barnabas's sister's son, Col 4:10, his mother's name was Mary, Ac 12:12. The Apostle Peter calls him his son, 1Pe 5:13, if he is the same; and he is thought to have wrote his Gospel from him {a}, and by his order, and which was afterwards examined and approved by him {b} it is said to have been wrote originally in Latin, or in the Roman tongue: so say the Arabic and Persic versions at the beginning of it, and the Syriac version says the same at the end: but of this there is no evidence, any more, nor so much, as of Matthew's writing his Gospel in Hebrew. The old Latin copy of this, is a version from the Greek; it is most likely that it was originally written in Greek, as the rest of the New Testament.

{a} Papias apud Euseb. Hist. l. 3. c. 39. Tertull. adv. Marcion. l. 4. c. 5. {b} Hieron. Catalog. Script. Eccles. p. 91. sect. 18.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.