Hebreeën 9:17

17 Want een testament is vast in de doden, dewijl het nog geen kracht heeft, wanneer de testamentmaker leeft.

Hebreeën 9:17 Meaning and Commentary

Hebrews 9:17

For a testament is of force after men are dead
The necessity of Christ's death is here urged, from the nature and force of a testament or will, among men, which does not take place, and cannot be executed, till a man is dead.

Otherwise it is of no strength at all whilst the testator liveth;
no claim can be made by the legatees for the part they have in it, nor can any disposition be made by the executor of it; not that hereby is suggested, that the testament or will of God was uncertain and precarious till the death of Christ, and subject to change and alteration as men's wills are till they die; nor that the inheritance could not be enjoyed by the Old Testament saints; for it is certain, it was entered upon by them before the death of Christ; but the sense is, that there was a necessity of it, that the saints right unto it, upon the foot of justice, might be evident by it.

Hebreeën 9:17 In-Context

15 En daarom is Hij de Middelaar des nieuwen testaments, opdat, de dood daartussen gekomen zijnde, tot verzoening der overtredingen, die onder het eerste testament waren, degenen, die geroepen zijn, de beloftenis der eeuwige erve ontvangen zouden.

16 Want waar een testament is, daar is het noodzaak, dat de dood des testamentmakers tussen kome;

17 Want een testament is vast in de doden, dewijl het nog geen kracht heeft, wanneer de testamentmaker leeft.

18 Waarom ook het eerste niet zonder bloed is ingewijd.

19 Want als al de geboden, naar de wet van Mozes, tot al het volk uitgesproken waren, nam hij het bloed der kalveren en bokken, met water, en purperen wol, en hysop, besprengde beide het boek zelf, en al het volk,