Jesaja 5:4

4 Wat is er meer te doen aan Mijn wijngaard, hetwelk Ik aan hem niet gedaan heb? Waarom heb Ik verwacht, dat hij goede druiven voortbrengen zou, en hij heeft stinkende druiven voortgebracht?

Jesaja 5:4 Meaning and Commentary

Isaiah 5:4

What could have been done more to my vineyard, that I have
not done in it?
&c.] Or "ought", as the Vulgate Latin: this is generally understood of good things done to it in time past; as what better culture could it have had? what greater privileges, blessings, and advantages, natural, civil, and religious, could have been bestowed on this people? what greater favour could have been shown them, or honour done them? or what of this kind remains to be done for them? they have had everything that could be desired, expected, or enjoyed: though it may be rendered, "what is further or hereafter to be done to my vineyard" F21, and "I have not done in it?" that is, by way of punishment; I have reproved and chastised them, but all in vain; what remains further for me, and which I will do, because of their ingratitude and unfruitfulness? I will utterly destroy them as a nation and church; I will cause their civil and ecclesiastical state to cease. The sense may be gathered from the answer to the question in the following verse ( Isaiah 5:5 ) , wherefore, when I looked that it should bring forth grapes, brought
it forth wild grapes?
that is, why have these people acted so ill a part, when such and so many good things have been bestowed upon them; on account of which it might have been reasonably expected they would have behaved in another manner? or rather the words may be rendered, "why have I looked or expected F23 that it should bring forth grapes, seeing it brought forth wild grapes?" why have I been looking for good fruit, when nothing but bad fruit for so long a time has been produced? why have I endured with so much patience and longsuffering? I will bear with them no longer, as follows. The Targum is for the former sense,

``what good have I said to do more to my people, which I have not done to them? and what is this I have said, that they should do good works, and they have done evil works?''

FOOTNOTES:

F21 (ymrkl dwe twvel hm) "quid faciendum amplius fuit", Junius & Tremellius, Piscator; "et quid ultra faciendum erat"; so some in Vatablus, Montanus.
F23 (ytywq ewdm) "quare expectavi?" Cocceius.

Jesaja 5:4 In-Context

2 En Hij heeft dien omtuind, en van stenen gezuiverd, en Hij heeft hem beplant met edele wijnstokken; en Hij heeft in deszelfs midden een toren gebouwd, en ook een wijnbak daarin uitgehouwen; en Hij heeft verwacht, dat hij goede druiven zou voortbrengen, maar hij heeft stinkende druiven voortgebracht.
3 Nu dan, gij inwoners van Jeruzalem, en gij mannen van Juda, oordeelt toch tussen Mij en tussen Mijn wijngaard.
4 Wat is er meer te doen aan Mijn wijngaard, hetwelk Ik aan hem niet gedaan heb? Waarom heb Ik verwacht, dat hij goede druiven voortbrengen zou, en hij heeft stinkende druiven voortgebracht?
5 Nu dan, Ik zal ulieden nu bekend maken, wat Ik Mijn wijngaard doen zal; Ik zal zijn tuin wegnemen, opdat hij zij tot afweiding; zijn muur zal Ik verscheuren, opdat hij zij tot vertreding.
6 En Ik zal hem tot woestheid maken; hij zal niet besnoeid, noch omgehakt worden, maar distelen en doornen zullen daarin opgaan; en Ik zal den wolken gebieden, dat zij geen regen daarop regenen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.