Numberi 32:13

13 Alzo ontstak des HEEREN toorn tegen Israel, en Hij deed hen omzwerven in de woestijn, veertig jaren, totdat verteerd was het ganse geslacht, hetwelk gedaan had, wat kwaad was in de ogen des HEEREN.

Numberi 32:13 Meaning and Commentary

Numbers 32:13

And the Lord's anger was kindled against Israel
For murmuring against the report of the spies:

and he made them wander in the wilderness forty years;
for though it was but about thirty eight years from that time that they were in the wilderness, the round number of forty is given; and besides it includes the time of their first coming into it, which being reckoned, makes the complete number, within a few months: Kadesh, from whence the spies were sent, and whither they returned, and where the people murmured, and had this sentence pronounced on them, that they should not see the land of Canaan, but wander and fall in the wilderness, seems to have had the addition of Barnea made unto it on that account, which signifies the son of him that wandereth:

until all the generation which had done evil in the sight of the Lord
was consumed;
as they all were at this time when Moses spake these words.

Numberi 32:13 In-Context

11 Indien deze mannen, die uit Egypte opgetogen zijn, van twintig jaren oud en daarboven, het land zullen zien, dat Ik Abraham, Izak en Jakob gezworen heb! Want zij hebben niet volhard Mij na te volgen;

12 Behalve Kaleb, de zoon van Jefunne, den Keniziet, en Jozua, de zoon van Nun; want zij hebben volhard den HEERE na te volgen.

13 Alzo ontstak des HEEREN toorn tegen Israel, en Hij deed hen omzwerven in de woestijn, veertig jaren, totdat verteerd was het ganse geslacht, hetwelk gedaan had, wat kwaad was in de ogen des HEEREN.

14 En ziet, gijlieden zijt opgestaan in stede van uw vaderen, een menigte van zondige mensen, om de hittigheid van des HEEREN toorn tegen Israel te vermeerderen.

15 Wanneer gij van achter Hem u zult afkeren, zo zal Hij wijders voortvaren het te laten in de woestijn; en gij zult al dit volk verderven.