Numberi 32:2

2 Zo kwamen de kinderen van Gad en de kinderen van Ruben, en spraken tot Mozes, en tot Eleazar, den priester, en tot de oversten der vergadering, zeggende:

Numberi 32:2 Meaning and Commentary

Numbers 32:2

The children of Gad and the children of Reuben came and spake
unto Moses
The children of Gad are mentioned first, though Reuben was the firstborn, and had a standard under which Gad pitched: it may be, as Aben Ezra thinks, the Gadites were the first authors of this counsel, the contrivers of this scheme; who first moved it to the Reubenites, which they had an opportunity of doing, lying encamped by them; or however, they might be the most busy and active in this affair, or the best spokesmen; for it could be only some, in the name of the whole, that addressed Moses on this account, and spoke to him about it:

and to Eleazar the priest, and unto the princes of the congregation;
who perhaps were the seventy elders, and with Moses the chief ruler, and Eleazar the high priest, made up the grand sanhedrim, or great council of the nation, and were undoubtedly the most proper persons to apply unto:

saying:
as follows.

Numberi 32:2 In-Context

1 De kinderen van Ruben nu hadden veel vee, en de kinderen van Gad hadden machtig veel; en zij bezagen het land Jaezer, en het land van Gilead, en ziet, deze plaats was een plaats voor vee.

2 Zo kwamen de kinderen van Gad en de kinderen van Ruben, en spraken tot Mozes, en tot Eleazar, den priester, en tot de oversten der vergadering, zeggende:

3 Ataroth, en Dibon, en Jaezer, en Nimra, en Hesbon, en Eleale, en Schebam, en Nebo, en Behon;

4 Dit land, hetwelk de HEERE voor het aangezicht der vergadering van Israel geslagen heeft, is een land voor vee; en uw knechten hebben vee.

5 Voorts zeiden zij: Indien wij genade in uw ogen gevonden hebben, dat ditzelve land aan uw knechten gegeven worde tot een bezitting; en doe ons niet trekken over de Jordaan.