1 Samuël 17:45-50

45 David daarentegen zeide tot den Filistijn: Gij komt tot mij met een zwaard, en met een spies, en met een schild; maar ik kom tot u in den Naam van den HEERE der heirscharen, den God der slagorden van Israel, Dien gij gehoond hebt.
46 Te dezen dage zal de HEERE u besluiten in mijn hand, en ik zal u slaan, en ik zal uw hoofd van u wegnemen, en ik zal de dode lichamen van der Filistijnen leger dezen dag aan de vogelen des hemels, en aan de beesten des velds geven; en de ganse aarde zal weten, dat Israel een God heeft.
47 En deze ganse vergadering zal weten, dat de HEERE niet door het zwaard, noch door de spies verlost; want de krijg is des HEEREN, Die zal ulieden in onze hand geven.
48 En het geschiedde, toen de Filistijn zich opmaakte, en heenging, en David tegemoet naderde, zo haastte David, en liep naar de slagorde toe, den Filistijn tegemoet.
49 En David stak zijn hand in de tas, en hij nam een steen daaruit, en hij slingerde, en trof den Filistijn in zijn voorhoofd; zodat de steen zonk in zijn voorhoofd, en hij viel op zijn aangezicht ter aarde.
50 Alzo overweldigde David den Filistijn met een slinger en met een steen; en hij versloeg den Filistijn, en doodde hem; doch David had geen zwaard in de hand.

1 Samuël 17:45-50 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO FIRST SAMUEL 17

This chapter relates how the armies of Israel, and of the Philistines, prepared for battle, and where, 1Sa 17:1-3, describes a champion of the Philistines, who defied the armies of Israel, 1Sa 17:4-11, and while he was so doing, it informs us that David came into the camp, and he heard his words, and signified to one and another his inclination to fight with him, 1Sa 17:12-30, which being reported to Saul, David was sent for by him, and much discourse passed between them about it, 1Sa 17:31-37 when we are told the manner in which he engaged with the Philistine, and the victory he obtained over him, 1Sa 17:38-51 upon which the Philistines fled, and Israel pursued them; and on account of this action David was taken notice of by Saul, and brought to court again, as the following chapter shows, 1Sa 17:52-58.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.