Handelingen 19:25

25 Welke hij samenvergaderd hebbende, met de handwerkers van dergelijke dingen, zeide: Mannen, gij weet, dat wij uit dit gewin onze welvaart hebben;

Handelingen 19:25 Meaning and Commentary

Acts 19:25

Whom he called together
That is, the craftsmen; "all his co-artificers", as the Syriac version reads, all the chief of the trade, the masters of it, as he himself was:

with the workmen of like occupation;
who were employed by him, and the rest of the masters in the several branches of the business; as founders, engravers, polishers some might make the images, and others the temples, or shrines; some do one part and some another, so that abundance of persons might be employed in this business:

and said, Sirs, ye know that by this craft we have our wealth;
the workmen not only had a comfortable and sufficient livelihood, but the masters of the trade grew rich: such a demand had they for their goods, and so profitable was this craft to them: this was a very strong and moving argument, to influence the masters and workmen; it so nearly touched them, and their worldly interest, than which nothing sticks closer to carnal men. Demetrius's way of address was very moving and persuasive, but his method manifestly betrayed what was his greatest concern, not religion, but his own secular interest; that which he should have mentioned last, if at all, he begins with: self is the leading and governing principle in a natural man.

Handelingen 19:25 In-Context

23 Maar op dienzelfden tijd ontstond er geen kleine beroerte, vanwege den weg des Heeren.

24 Want een, met name Demetrius, een zilversmid, die kleine zilveren tempelen van Diana maakte, bracht dien van die kunst geen klein gewin toe;

25 Welke hij samenvergaderd hebbende, met de handwerkers van dergelijke dingen, zeide: Mannen, gij weet, dat wij uit dit gewin onze welvaart hebben;

26 En gij ziet en hoort, dat deze Paulus veel volk, niet alleen van Efeze, maar ook bijna van geheel Azie, overreed en afgekeerd heeft, zeggende, dat het geen goden zijn, die met handen gemaakt worden.

27 En wij zijn niet alleen in gevaar, dat dit deel in verachting kome, maar dat ook de tempel van de grote godin Diana als niets geacht zal worden, en dat ook haar majesteit zal ten ondergaan, aan welke gans Azie en de gehele wereld godsdienst bewijst.