Jeremia 33:9

9 En het zal Mij zijn tot een vrolijken naam, tot een roem, en tot een sieraad bij alle heidenen der aarde; die al het goede zullen horen, dat Ik hun doe; en zij zullen vrezen en beroerd zijn over al het goede, en over al den vrede, dien Ik hun beschikke.

Jeremia 33:9 Meaning and Commentary

Jeremiah 33:9

And it shall be to me a name of joy, a praise, and an honour,
&c.] That is, the church and people of God, being redeemed and rebuilt by Christ, and being cleansed from their sins in his blood, and all their iniquities forgiven for his sake, would be a cause of joy to themselves and others, and bring joy, praise, and honour unto God: so the church, in the latter day, will be an eternal excellency, a joy of many generations, and a praise in the earth, ( Isaiah 60:15 ) ( 62:7 ) ; and here they are said to be so, before all the nations, which shall hear all the good that I do unto
them;
in redeeming them by the Messiah; calling them by his Spirit and grace; justifying them by the righteousness of Christ; pardoning their sins through his blood; making them meet for, and giving them a title to, eternal glory and happiness; all which would be made known, as it has been to the Gentiles, through the preaching of the Gospel; and which has occasioned joy and gladness among them, and praise and thanksgiving unto God, and which has redounded to his honour and glory: and they shall fear and tremble, for all the goodness and for all the
prosperity that I procure unto it;
that is, they shall fear the Lord, and tremble at his word; not with a slavish, but filial fear, which is consistent with joy and gladness; and which fear will be influenced not by the terrors of the law, but by the goodness of God; being of the same nature with the fear of the converted Jews at the latter day, who will fear the Lord, and his goodness, ( Hosea 3:5 ) ; so the Gentiles, seeing and hearing of the goodness of God bestowed upon the believing Jews, will be solicitous for the same, and be encouraged to seek after it; and finding it, shall be engaged to fear the Lord, and worship him.

Jeremia 33:9 In-Context

7 En Ik zal de gevangenis van Juda en de gevangenis van Israel wenden, en zal ze bouwen als in het eerste.

8 En Ik zal hen reinigen van al hun ongerechtigheid, met dewelke zij tegen Mij gezondigd hebben; en Ik zal vergeven al hun ongerechtigheden, met dewelke zij tegen Mij gezondigd en met dewelke zij tegen Mij overtreden hebben.

9 En het zal Mij zijn tot een vrolijken naam, tot een roem, en tot een sieraad bij alle heidenen der aarde; die al het goede zullen horen, dat Ik hun doe; en zij zullen vrezen en beroerd zijn over al het goede, en over al den vrede, dien Ik hun beschikke.

10 Alzo zegt de HEERE: In deze plaats (waarvan gij zegt: Zij is woest, dat er geen mens en geen beest in is), in de steden van Juda, en op de straten van Jeruzalem, die zo verwoest zijn, dat er geen mens, en geen inwoner, en geen beest in is, zal wederom gehoord worden,

11 De stem der vrolijkheid en de stem der blijdschap, de stem des bruidegoms en de stem der bruid, de stem dergenen, die zeggen: Looft den HEERE der heirscharen, want de HEERE is goed, want Zijn goedertierenheid is in eeuwigheid! de stem dergenen, die lof aanbrengen ten huize des HEEREN; want Ik zal de gevangenis des lands wenden, als in het eerste, zegt de HEERE.