Jeremia 48:17

17 Beklaagt hem, gij allen, die rondom hem zijt, en allen, die zijn naam kent; zegt: Hoe is de sterke staf, de sierlijke stok verbroken?

Jeremia 48:17 Meaning and Commentary

Jeremiah 48:17

All ye that are about him, bemoan him
The neighbouring nations, such as the Ammonites, and others, are called upon to condole the sad case of Moab; all upon the borders of the country of Moab, either within them or without them: and all ye that know his name;
not only that had heard of his fame and glory, but knew in what grandeur and splendour he lived; these have a form of condolence given them: say, how is the strong staff broken, [and] the beautiful rod!
the mighty men of war, the staff of the nation, in which they trusted, destroyed; their fortified cities demolished; the powerful kingdom, which swayed the sceptre, and ruled in great glory, and was terrible and troublesome to others, now pulled down. The Targum is,

``how is the king broken that did evil, the oppressing ruler!''

Jeremia 48:17 In-Context

15 Moab is verstoord, en uit zijn steden opgegaan, en de keur zijner jongelingen is ter slachting afgegaan, spreekt de Koning, Wiens Naam is HEERE der heirscharen.
16 Moabs verderf is nabij om te komen, en zijn kwaad haast zeer.
17 Beklaagt hem, gij allen, die rondom hem zijt, en allen, die zijn naam kent; zegt: Hoe is de sterke staf, de sierlijke stok verbroken?
18 Daal neder uit uw heerlijkheid, en woon in dorst, gij inwoneres, gij dochter van Dibon! want Moabs verstoorder is tegen u opgetogen, hij heeft uw vestingen verdorven.
19 Sta aan den weg, en zie toe, gij inwoneres van Aroer! Vraag den vluchtenden man en de ontkomene vrouw; zeg: Wat is er geschied?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.