Jeremia 7:23

23 Maar deze zaak heb Ik hun geboden, zeggende: Hoort naar Mijn stem, zo zal Ik u tot een God zijn, en gij zult Mij tot een volk zijn; en wandelt in al den weg, dien Ik u gebieden zal, opdat het u welga.

Jeremia 7:23 Meaning and Commentary

Jeremiah 7:23

But this thing commanded I them, saying
This was the sum and substance of what was then commanded, even obedience to the moral law; this was the main and principal thing enjoined, and to which the promise was annexed: obey my voice:
the word of the Lord, his commands, the precepts of the decalogue; obedience to which was preferable to the sacrifices of the ceremonial law; see ( 1 Samuel 15:22 ) , wherefore it follows: and I will be your God, and ye shall be my people;
the meaning is, that while they were obedient to him, he would protect them from their enemies, and continue them in their privileges and blessings, which he had bestowed upon them as his peculiar people: and walk ye in all the ways that I have commanded you;
not only in some of them, but in all of them; not merely in the observance of legal sacrifices, but chiefly in the performance of moral actions; even in all the duties of religion, in whatsoever is required in the law, respecting God or man: that it may be well unto you;
that they might continue in the land which was given them for an inheritance, and enjoy all the blessings promised to their obedience.

Jeremia 7:23 In-Context

21 Zo zegt de HEERE der heirscharen, de God Israels: Doet uw brandofferen tot uw slachtofferen, en eet vlees.

22 Want Ik heb met uw vaderen, ten dage als Ik hen uit Egypteland uitvoerde, niet gesproken, noch hun geboden van zaken des brandoffers of slachtoffers.

23 Maar deze zaak heb Ik hun geboden, zeggende: Hoort naar Mijn stem, zo zal Ik u tot een God zijn, en gij zult Mij tot een volk zijn; en wandelt in al den weg, dien Ik u gebieden zal, opdat het u welga.

24 Doch zij hebben niet gehoord, noch hun oor geneigd, maar gewandeld in de raadslagen, in het goeddunken van hun boos hart; en zij zijn achterwaarts gekeerd, en niet voorwaarts.

25 Van dien dag af, dat uw vaders uit Egypteland zijn uitgegaan, tot op dezen dag, zo heb Ik tot u gezonden al Mijn knechten, de profeten, dagelijks vroeg op zijnde en zendende.