Job 34:12

12 Ook waarlijk, God handelt niet goddelooslijk, en de Almachtige verkeert het recht niet.

Job 34:12 Meaning and Commentary

Job 34:12

Yea, surely God will not do wickedly
This truth is repeated and affirmed in the strongest manner; or "will not condemn", as the Vulgate Latin version, and so the Targum, that is, he will not condemn the righteous; for, though he may afflict them, which is done that they may not be condemned with the world, he will not condemn them; for there is no condemnation to them that are in Christ; his righteousness, by which they are justified, secures them from all condemnation;

neither will the Almighty pervert judgment:
pronounce a wrong sentence, decline the execution of justice, swerve from the rule of it, or do a wrong thing; for he punishes wherever he finds it, either in the sinner or his surety; and his punishing it in his Son, as the surety of his people, is the strongest proof of his punitive justice that can be given: nor does he neglect to chastise his people for sin, though satisfied for; so far is he from conniving at sin, and still further from committing it; see (See Gill on Job 8:2).

Job 34:12 In-Context

10 Daarom, gij, lieden van verstand, hoort naar mij: Verre zij God van goddeloosheid, en de Almachtige van onrecht!

11 Want naar het werk des mensen vergeldt Hij hem, en naar eens ieders weg doet Hij het hem vinden.

12 Ook waarlijk, God handelt niet goddelooslijk, en de Almachtige verkeert het recht niet.

13 Wie heeft Hem gesteld over de aarde, en wie heeft de ganse wereld geschikt?

14 Indien Hij Zijn hart tegen hem zette, zijn geest en zijn adem zou Hij tot Zich vergaderen;