Romeinen 7:17

17 Ik dan doe datzelve nu niet meer, maar de zonde, die in mij woont.

Romeinen 7:17 Meaning and Commentary

Romans 7:17

Now then, it is no more I that do it
This is another inference, deduced from what is before said, that since he did not approve, but hated what he did, and willed the contrary, it was not he as spiritual, as born again, as a new man, a new creature, that did it; see ( 1 John 3:9 ) . He says,

But sin that dwelleth in me;
the old man, the carnal I, the evil present with him, the law in his members; which not only existed in him, and wrought in him, and that at times very strongly, but dwelt in him, had its abode in him, as it has in all regenerate persons, and will have, as long as they are in the body.

Romeinen 7:17 In-Context

15 Want hetgeen ik doe, dat ken ik niet; want hetgeen ik wil, dat doe ik niet, maar hetgeen ik haat, dat doe ik.
16 En indien ik hetgene doe, dat ik niet wil, zo stem ik de wet toe, dat zij goed is.
17 Ik dan doe datzelve nu niet meer, maar de zonde, die in mij woont.
18 Want ik weet, dat in mij, dat is, in mijn vlees, geen goed woont; want het willen is wel bij mij, maar het goede te doen, dat vind ik niet.
19 Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.