Ruth 4:11

11 En al het volk, dat in de poort was, mitsgaders de oudsten zeiden: Wij zijn getuigen; de HEERE make deze vrouw, die in uw huis komt, als Rachel en als Lea, die beiden het huis van Israel gebouwd hebben; en handel kloekelijk in Efratha, en maak uw naam vermaard in Bethlehem!

Ruth 4:11 Meaning and Commentary

Ruth 4:11

And all the people that were in the gate, and the elders,
said, we are witnesses
Both of the purchase of the estate by Boaz being legally made, and of the marriage of Ruth to him, the condition of the bargain:

the Lord make the woman that is come into thine house;
not into his house, strictly and literally taken, the place of his habitation; for both he and she were now at the gate of the city, and as yet she was not introduced into his house; but by his marriage of her she was brought into his family, and was become a principal part of it, being his wife. This is a wish, prayer, or benediction of the elders, of one in the name of the rest, congratulating the married couple, and wishing them well; and particularly that the woman Boaz had married before them, as witnesses, might be

like Rachel and like Leah, which two did build the house of Israel:
the two wives of Jacob; the Targum adds, with twelve tribes; for though some of the tribes sprung from their maids, which they gave to Jacob, yet the children born of them were reckoned theirs by a moral estimation, as some express it. Rachel is set before Leah, though the youngest, and had the fewest children, because she was his first wife in his intention, and according to the covenant made with her father, though imposed upon and deceived; and she was his more lawful wife, and his most beloved one. By the children of these two, and their maidens, the house or family of Israel was built up, and became a great nation, consisting of twelve tribes, very numerous:

and do thou worthily in Ephratah, and be famous in Bethlehem;
two names of one and the same place, ( Genesis 35:19 ) ( Micah 5:2 ) . These words seem to be directed to Boaz, particularly praying that he might continue to do worthy and virtuous actions, as well as increase in wealth and riches, power and authority, and retain his name and fame, and grow in credit and reputation among his fellow citizens.

Ruth 4:11 In-Context

9 Toen zeide Boaz tot de oudsten en al het volk: Gijlieden zijt heden getuigen, dat ik aanvaard heb alles, wat van Elimelech geweest is, en alles, wat van Chiljon en Machlon geweest is, van de hand van Naomi.

10 Daartoe aanvaard ik mij ook Ruth, de Moabietische, de huisvrouw van Machlon, tot een vrouw, om den naam des verstorvenen over zijn erfdeel te verwekken, opdat de naam des verstorvenen niet worde uitgeroeid van zijn broederen, en van de poort zijner plaats; gijlieden zijt heden getuigen.

11 En al het volk, dat in de poort was, mitsgaders de oudsten zeiden: Wij zijn getuigen; de HEERE make deze vrouw, die in uw huis komt, als Rachel en als Lea, die beiden het huis van Israel gebouwd hebben; en handel kloekelijk in Efratha, en maak uw naam vermaard in Bethlehem!

12 En uw huis zij, als het huis van Perez (die Thamar aan Juda baarde), van het zaad, dat de HEERE u geven zal uit deze jonge vrouw.

13 Alzo nam Boaz Ruth, en zij werd hem ter vrouwe, en hij ging tot haar in; en de HEERE gaf haar, dat zij zwanger werd en een zoon baarde.