Numberi 32:9

9 Als zij opgekomen waren tot aan het dal Eskol, en dit land bezagen, zo braken zij het hart der kinderen Israels, dat zij niet gingen naar het land, dat de HEERE hun gegeven had.

Numberi 32:9 Meaning and Commentary

Numbers 32:9

For when they went up unto the valley of Eshcol
That is, when they went up the hill, for they were bid to go up into the mountain, and proceeded on into the country, until they came to the valley or brook, of Eshcol, so called from the cluster of grapes they there cut down, and brought along with them, ( Numbers 13:17 Numbers 13:23 Numbers 13:24 )

and saw the land;
searching it for the space of forty days:

they discouraged the heart of the children of Israel;
by telling them that there were giants in the land, and that the people in common were strong, and their cities walled, and that they were not able to go up against them and overcome them; and by this means they disheartened the people:

that they should not go, into the land which the Lord had given them;
and this Moses feared, and suggests would be the consequence of the request the two tribes now made.

Numberi 32:9 In-Context

7 Waarom toch zult gij het hart der kinderen Israels breken, dat zij niet overtrekken naar het land, dat de HEERE hun gegeven heeft?

8 Zo deden uw vaders, als ik hen van Kades-Barnea zond, om dit land te bezien.

9 Als zij opgekomen waren tot aan het dal Eskol, en dit land bezagen, zo braken zij het hart der kinderen Israels, dat zij niet gingen naar het land, dat de HEERE hun gegeven had.

10 Toen ontstak de toorn des HEEREN te dien dage, en Hij zwoer, zeggende:

11 Indien deze mannen, die uit Egypte opgetogen zijn, van twintig jaren oud en daarboven, het land zullen zien, dat Ik Abraham, Izak en Jakob gezworen heb! Want zij hebben niet volhard Mij na te volgen;