Genesis 5:18-28

18 En Jered leefde honderd twee en zestig jaren, en hij gewon Henoch.
19 En Jered leefde, nadat hij Henoch gewonnen had, achthonderd jaren; en hij gewon zonen en dochteren.
20 Zo waren al de dagen van Jered negenhonderd twee en zestig jaren; en hij stierf.
21 En Henoch leefde vijf en zestig jaren, en hij gewon Methusalach.
22 En Henoch wandelde met God, nadat hij Methusalach gewonnen had, driehonderd jaren; en hij gewon zonen en dochteren.
23 Zo waren al de dagen van Henoch driehonderd vijf en zestig jaren.
24 Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer; want God nam hem weg.
25 En Methusalach leefde honderd zeven en tachtig jaren, en hij gewon Lamech.
26 En Methusalach leefde, nadat hij Lamech gewonnen had, zevenhonderd twee en tachtig jaren; en hij gewon zonen en dochteren.
27 Zo waren al de dagen van Methusalach negenhonderd negen en zestig jaren; en hij stierf.
28 En Lamech leefde honderd twee en tachtig jaren, en hij gewon een zoon.

Genesis 5:18-28 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO GENESIS 5

This chapter contains a list or catalogue of the posterity of Adam in the line of Seth, down to Noah; it begins with a short account of the creation of Adam, and of his life and death, Ge 5:1-5 next of five of the antediluvian patriarchs, their age and death, namely Seth, Enos, Cainan, Mahalaleel, Jared, Ge 5:6-20 then a particular relation of Enoch, his character and translation, Ge 5:21-24 then follows an account of Methuselah, the oldest man, and Lamech's oracle concerning his son Noah, Ge 5:12-29 and the chapter is closed with the life and death of Lamech, and the birth of the three sons of Noah, Ge 5:30-32.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.