1 Koningen 22:11

11 En Zedekia, de zoon van Kenaana, had zich ijzeren horens gemaakt; en hij zeide: Zo zegt de HEERE: Met deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans verdaan zult hebben.

1 Koningen 22:11 Meaning and Commentary

1 Kings 22:11

And Zedekiah the son of Chenaanah made him horns of iron
Horns are emblems of power and might, and iron ones of greater strength still; the prophets sometimes made use of visible signs, to represent the things they prophesied of should come to pass, see ( Isaiah 20:2 Isaiah 20:3 ) ( Jeremiah 27:2 ) , and the same method this prophet took:

and he saith, thus saith the Lord; imitating the true prophets: with
these shall thou push the Syrians until thou hast consumed them:
Abarbinel thinks he had in view the blessing of Joseph by Moses, ( Deuteronomy 33:17 ) where he is compared to a bullock with horns; and these said to be the ten thousands of Ephraim, and the thousands of Manasseh; and Ahab being of the tribe of Joseph, and ruling in Ephraim and Manasseh, the prophet chose to make use of this emblem for his encouragement.

1 Koningen 22:11 In-Context

9 Toen riep de koning van Israel een kamerling, en hij zeide: Haal haastelijk Micha, den zoon van Jimla.

10 De koning van Israel nu, en Josafat, de koning van Juda, zaten elk op zijn troon, bekleed met hun klederen, op het plein, aan de deur der poort van Samaria; en al de profeten profeteerden in hun tegenwoordigheid.

11 En Zedekia, de zoon van Kenaana, had zich ijzeren horens gemaakt; en hij zeide: Zo zegt de HEERE: Met deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans verdaan zult hebben.

12 En al de profeten profeteerden alzo, zeggende: Trek op naar Ramoth in Gilead, en gij zult voorspoedig zijn; want de HEERE zal hen in de hand des konings geven.

13 De bode nu, die heengegaan was, om Micha te roepen, sprak tot hem, zeggende: Zie toch, de woorden der profeten zijn uit een mond goed tot den koning; dat toch uw woord zij, gelijk als het woord van een uit hen, en spreek het goede.