1 Samuël 20:37

37 Toen de jongen tot aan de plaats des pijls, dien Jonathan geschoten had, gekomen was, zo riep Jonathan den jongen na, en zeide: Is niet de pijl van u af en verder?

1 Samuël 20:37 Meaning and Commentary

1 Samuel 20:37

And when the lad was come to the place of the arrow which
Jonathan had shot
To the mark which he told him he should shoot at, and whereabout he might expect to find the arrow:

Jonathan cried after the lad, and said, [is] not the arrow beyond thee?
he cried with a loud voice and said this, not so much that the lad might hear him, but that David, who lay hid near the place, might hear him; so that if they had no opportunity of seeing and conversing with each other through any person going by at that time, David might know by this sign that evil was determined against him, and must flee for his life; the Syriac and Vulgate Latin versions read, "behold, the arrow is beyond thee"; so Noldius F11.


FOOTNOTES:

F11 Concord. Ebr. Part. p. 265. No. 1141.

1 Samuël 20:37 In-Context

35 En het geschiedde des morgens, dat Jonathan in het veld ging, op den tijd, die David bestemd was; en er was een kleine jongen bij hem.
36 En hij zeide tot zijn jongen: Loop, zoek nu de pijlen, die ik schieten zal. De jongen liep heen, en hij schoot een pijl, dien hij deed over hem vliegen.
37 Toen de jongen tot aan de plaats des pijls, dien Jonathan geschoten had, gekomen was, zo riep Jonathan den jongen na, en zeide: Is niet de pijl van u af en verder?
38 Wederom riep Jonathan den jongen na: Haast u, spoed u, sta niet stil! De jongen van Jonathan nu raapte den pijl op, en hij kwam tot zijn heer.
39 Doch de jongen wist er niets van; Jonathan en David alleen wisten van de zaak.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.