2 Kronieken 20:34

34 Het overige nu der geschiedenissen van Josafat, de eerste en de laatste, ziet, die zijn geschreven in de geschiedenissen van Jehu, den zoon van Hanani, die men hem optekenen deed in het boek der koningen van Israel.

2 Kronieken 20:34 Meaning and Commentary

2 Chronicles 20:34

Now the rest of the acts of Jehoshaphat, first and last
Those that were done at the beginning, and those that were done at the latter end of his reign:

behold, they are written in the book of Jehu, the son of Hanani, who
is mentioned in the book of the kings of Israel;
see ( 1 Kings 16:1 1 Kings 16:7 ) , the same that reproved Jehoshaphat, ( 2 Chronicles 19:2 ) . He wrote a book of his own times, and which was so much esteemed, according to Kimchi, that it was written with, or put along with, the book of the kings of Israel, for so he interprets the phrase; but the Targum understands it of Jehu being the king's historiographer, who had the care and oversight of the diary, journal, or annals of the kings of Israel.

2 Kronieken 20:34 In-Context

32 En hij wandelde in den weg van zijn vader Asa, en hij week daarvan niet af, doende dat recht was in de ogen des HEEREN.
33 Evenwel werden de hoogten niet weggenomen; want het volk had nog zijn hart niet geschikt tot den God zijner vaderen.
34 Het overige nu der geschiedenissen van Josafat, de eerste en de laatste, ziet, die zijn geschreven in de geschiedenissen van Jehu, den zoon van Hanani, die men hem optekenen deed in het boek der koningen van Israel.
35 Doch na dezen vergezelschapte zich Josafat, de koning van Juda, met Ahazia, den koning van Israel; die handelde goddelooslijk in zijn doen.
36 En hij vergezelschapte zich met hem, om schepen te maken, om naar Tharsis te gaan; en zij maakten de schepen te Ezeon-Geber.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.