2 Kronieken 20:36

36 En hij vergezelschapte zich met hem, om schepen te maken, om naar Tharsis te gaan; en zij maakten de schepen te Ezeon-Geber.

2 Kronieken 20:36 Meaning and Commentary

2 Chronicles 20:36

And he joined himself with him to make ships to go to
Tarshish Of which, (See Gill on 1 Kings 22:48), and though it is there said, ( 1 Kings 22:49 ) , that Jehoshaphat refused letting the servants of Ahaziah go with his, that was after he had been reproved for joining with him, and after the ships were broken:

and they made the ships in Eziongeber;
of which (See Gill on 1 Kings 9:26).

2 Kronieken 20:36 In-Context

34 Het overige nu der geschiedenissen van Josafat, de eerste en de laatste, ziet, die zijn geschreven in de geschiedenissen van Jehu, den zoon van Hanani, die men hem optekenen deed in het boek der koningen van Israel.
35 Doch na dezen vergezelschapte zich Josafat, de koning van Juda, met Ahazia, den koning van Israel; die handelde goddelooslijk in zijn doen.
36 En hij vergezelschapte zich met hem, om schepen te maken, om naar Tharsis te gaan; en zij maakten de schepen te Ezeon-Geber.
37 Maar Eliezer, de zoon van Dodava, van Maresa, profeteerde tegen Josafat, zeggende: Omdat gij u met Ahazia vergezelschapt hebt, heeft de HEERE uw werken verscheurd. Alzo werden de schepen verbroken, dat zij niet konden naar Tharsis gaan.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.