2 Kronieken 25:11

11 Amazia nu sterkte zich, en leidde zijn volk uit, en toog in het Zoutdal, en sloeg van de kinderen van Seir tien duizend.

2 Kronieken 25:11 Meaning and Commentary

2 Chronicles 25:11

And Amaziah strengthened himself, and led forth his people,
&c.] To go to war with the Edomites; not discouraged by the dismission of the hired troops, but trusting in the promise and power of God, he went forth with boldness and intrepidity:

and went to the valley of salt, and smote of the children of Seir,
ten thousand;
the Edomites; so called, not because they were the posterity of Seir, but because they dwelt in Seir, from whence they drove the descendants of Seir, and dwelt in their stead; see ( 2 Kings 14:7 ) .

2 Kronieken 25:11 In-Context

9 En Amazia zeide tot den man Gods: Maar wat zal men doen met de honderd talenten, die ik aan de benden van Israel gegeven heb? En de man Gods zeide: De HEERE heeft meer dan dit, om u te geven.

10 Toen scheidde Amazia die af, te weten de benden, die uit Efraim tot hem gekomen waren, dat zij naar hun plaats gingen; daarom ontstak hun toorn zeer tegen Juda, en zij keerden weder tot hun plaats in hittigheid des toorns.

11 Amazia nu sterkte zich, en leidde zijn volk uit, en toog in het Zoutdal, en sloeg van de kinderen van Seir tien duizend.

12 Daartoe vingen de kinderen van Juda tien duizend levend, en brachten ze op de hoogte der steenrots, en stieten hen van de spits der steenrots af, dat zij allen barstten.

13 Maar de mannen der benden, die Amazia had doen wederkeren, dat zij met hem in den strijd niet zouden trekken, die deden een inval in de steden van Juda, van Samaria af tot Beth-horon toe, en sloegen van hen drie duizend, en roofden veel roofs.