Ezechiël 3:14

14 Toen hief de Geest mij op, en nam mij weg, en ik ging henen, bitterlijk bedroefd door de hitte mijns geestes; maar de hand des HEEREN was sterk op mij.

Ezechiël 3:14 Meaning and Commentary

Ezekiel 3:14

So the spirit lifted me up, and took me away
Lifted him up from the earth, and carried him through the air: and I went in bitterness;
full of trouble and sorrow, that the Lord was departing from the temple; that his people had been guilty, of such crimes they had, and were such an impudent, and hardhearted people they were; and that such judgments were coming upon them he had seers written in the roll, full of lamentations, mourning, and woe: in the heat of my spirit;
the Targum and Vulgate Latin render it, "in the indignation of my spirit"; his spirit was hot and angry, he was froward and unwilling to go on the errand, to prophesy sad and dismal things to his people: but the hand of the Lord was strong upon me;
the Spirit of the Lord powerfully wrought upon him, and obliged him to go; and the hand of the Lord strengthened him, and removed his frowardness and perverseness of spirit. The Targum is,

``and prophecy from before the Lord was strong upon me;''

so Kimchi interprets it of the hand of prophecy; the Spirit of the Lord, as a spirit of prophecy, came upon him, with great impulse upon his spirit, and he could not refuse going to his people, to declare it to them.

Ezechiël 3:14 In-Context

12 Toen nam de Geest mij op, en ik hoorde achter mij een stem van grote ruising, zeggende: Geloofd zij de heerlijkheid des HEEREN uit Zijn plaats!

13 En ik hoorde het geluid van der dieren vleugelen, die de een den ander raakten, en het geluid der raderen tegenover hen; en het geluid ener grote ruising.

14 Toen hief de Geest mij op, en nam mij weg, en ik ging henen, bitterlijk bedroefd door de hitte mijns geestes; maar de hand des HEEREN was sterk op mij.

15 En ik kwam tot de weggevoerden te Tel-Abib, die aan de rivier Chebar woonden, en ik bleef daar zij woonden; ja, ik bleef daar verbaasd in het midden van hen zeven dagen.

16 Het gebeurde nu ten einde van zeven dagen, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: