Ezechiël 47:23

23 Ook zal het geschieden, in den stam, bij welken de vreemdeling verkeert, aldaar zult gij hem zijn erfenis geven, spreekt de Heere HEERE.

Ezechiël 47:23 Meaning and Commentary

Ezekiel 47:23

And it shall come to pass, that in what tribe the stranger
sojourneth
Whatsoever particular congregation or church these strangers and sojourners (as all the Lord's people are in this world, and even in their church state), or those Gentiles before described, shall be nearest unto, and to which they shall propose themselves for communion, they shall be readily admitted: there shall ye give him his inheritance, saith the Lord God;
allow him a name and a place; put him in the possession of all church privileges and immunities; look upon him as a member, a brother, a fellow citizen, as an heir together of the grace of life, and as equally entitled to the inheritance of the saints in light; and for this they have the authority and order of Jehovah himself.

Ezechiël 47:23 In-Context

21 Ditzelve land nu zult gij ulieden uitdelen naar de stammen Israels.

22 Maar het zal geschieden, dat gij hetzelve zult doen vallen in erfenis voor ulieden, en voor de vreemdelingen, die in het midden van u verkeren, die kinderen in het midden van u zullen gewonnen hebben; en zij zullen ulieden zijn, als een inboorling onder de kinderen Israels; zij zullen met ulieden in erfenis vallen, in het midden der stammen Israels.

23 Ook zal het geschieden, in den stam, bij welken de vreemdeling verkeert, aldaar zult gij hem zijn erfenis geven, spreekt de Heere HEERE.