Genesis 19:28

28 En hij zag naar Sodom en Gomorra toe, en naar het ganse land van die vlakte; en hij zag, en ziet, er ging een rook van het land op, gelijk de rook eens ovens.

Genesis 19:28 Meaning and Commentary

Genesis 19:28

And he looked toward Sodom and Gomorrah, and toward all the
land of the plain
To see how it fared with them: very probably the Lord had hinted it to him, that the destruction would be that morning, and therefore he rose early, got to the place bearly, and being on an eminence, looked wistly to see if he could observe any sign of it:

and beheld, and, lo, the smoke of the country went up as the smoke of
a furnace;
after the fiery shower was over, and the cities burnt down, the smoke ascended toward heaven, as the smoke of mystical Babylon will do, ( Revelation 19:3 ) ; like the reek of a boiling cauldron; or, as Jarchi, like the smoke of a lime kiln always burning.

Genesis 19:28 In-Context

26 En zijn huisvrouw zag om van achter hem; en zij werd een zoutpilaar.
27 En Abraham maakte zich deszelven morgens vroeg op, naar de plaats, waar hij voor het aangezicht des HEEREN gestaan had.
28 En hij zag naar Sodom en Gomorra toe, en naar het ganse land van die vlakte; en hij zag, en ziet, er ging een rook van het land op, gelijk de rook eens ovens.
29 En het geschiedde, toen God de steden dezer vlakte verdierf, dat God aan Abraham gedacht, en Hij leidde Lot uit het midden dezer omkering, in het omkeren dier steden, in welke Lot gewoond had.
30 En Lot toog op uit Zoar, en woonde op den berg, en zijn twee dochters met hem; want hij vreesde binnen Zoar te wonen. En hij woonde in een spelonk, hij en zijn twee dochters.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.