Genesis 48:13

13 En Jozef nam die beiden, Efraim met zijn rechterhand, tegenover Israels linkerhand, en Manasse met zijn linkerhand, tegenover Israels rechterhand, en hij deed hen naderen tot hem.

Genesis 48:13 Meaning and Commentary

Genesis 48:13

And Joseph took them both, Ephraim in his right hand toward
Israel's left hand
He took Ephraim his youngest son in his right hand, and led him up to his father, by which means he would stand in a right position to have his grandfather's left hand put upon him: and Manasseh in his left hand toward Israel's right hand;
Manasseh his eldest son he took in his left hand, and brought him to his father, and so was in a proper position to have his right hand laid upon him, as seniority of birth required, and as he was desirous should be the case: and brought [them] near unto him;
in the above manner, so near as that he could lay his hands on them.

Genesis 48:13 In-Context

11 En Israel zeide tot Jozef: Ik had niet gemeend uw aangezicht te zien; maar zie, God heeft mij ook uw zaad doen zien!

12 Toen deed hen Jozef uitgaan van zijn knieen; en hij boog zich voor zijn aangezicht neder ter aarde.

13 En Jozef nam die beiden, Efraim met zijn rechterhand, tegenover Israels linkerhand, en Manasse met zijn linkerhand, tegenover Israels rechterhand, en hij deed hen naderen tot hem.

14 Maar Israel strekte zijn rechterhand uit, en legde die op het hoofd van Efraim, hoewel hij de minste was, en zijn linkerhand op het hoofd van Manasse; hij bestierde zijn handen verstandelijk; want Manasse was de eerstgeborene.

15 En hij zegende Jozef, en zeide: De God, voor Wiens aangezicht mijn vaders, Abraham en Izak, gewandeld hebben, die God, Die mij gevoed heeft, van dat ik was, tot op dezen dag;