Handelingen 25:1

1 Festus dan, in de provincie gekomen zijnde, ging na drie dagen van Cesarea op naar Jeruzalem.

Handelingen 25:1 Meaning and Commentary

Acts 25:1

Now when Festus was come into the province
Of Judea, which was a Roman province, over which he was made governor by Nero, the Roman emperor, in the room of Felix; he now being landed in some part of the province, namely, at Caesarea, and so might be said to have entered upon the government of it, as the phrase will bear to be rendered;

after three days he ascended from Caesarea to Jerusalem;
he very likely came by sea from Italy to Judea, and landed at Caesarea; for though Joppa was the nearest port to Jerusalem, yet Caesarea was the safest, and most commodious port, being made so by Herod; (See Gill on Acts 18:22), and besides, it seems to have been very much the residence of the kings and governors of Judea, ( Acts 12:19 ) ( Acts 23:23 Acts 23:33 ) here Festus stayed three days after his landing, to rest himself after the fatigue of the voyage, and then went up to Jerusalem, the metropolis of the province of Judea.

Handelingen 25:1 In-Context

1 Festus dan, in de provincie gekomen zijnde, ging na drie dagen van Cesarea op naar Jeruzalem.

2 En de hogepriester, en de voornaamsten der Joden, verschenen voor hem tegen Paulus en baden hem,

3 Begerende gunst tegen hem, opdat hij hem zou doen komen te Jeruzalem; en leggende een lage, om hem op den weg om te brengen.

4 Doch Festus antwoordde, dat Paulus te Cesarea bewaard werd, en dat hij zelf haast derwaarts zou verreizen.

5 Die dan, zeide hij, onder u kunnen, dat zij mede afreizen, en zo er iets onbehoorlijks in dezen man is, dat zij hem beschuldigen.