Jeremia 3:20

20 Waarlijk, gelijk een vrouw trouwelooslijk scheidt van haar vriend, alzo hebt gijlieden trouwelooslijk tegen Mij gehandeld, gij huis Israels! spreekt de HEERE.

Jeremia 3:20 Meaning and Commentary

Jeremiah 3:20

Surely as a wife treacherously departeth from her husband,
&c.] Or, "her friend" F9; who loves her, takes care of her, and provides for her, and goes after another man, and cohabits with him; which is a violation of the marriage covenant, and acting a base and treacherous part unto him to whom she is married so have you dealt treacherously with me, O house of Israel, saith the
Lord;
who was their Father, friend, and husband; who loved them and distinguished them from all other people, by a variety of blessings and privileges; and yet they departed from his commandments and ordinances, and held the traditions of the elders, and taught for doctrines the commandments of men, and rejected the Messiah, and still continue in their disbelief of him, and hatred to him; and therefore it need not be wondered at that he should make any difficulty about their adoption and inheritance; and a marvellous thing it must be to take such persons, and put them openly among his children, and give them a right and meetness for the goodly inheritance.


FOOTNOTES:

F9 (herm) "ab amico suo", Vatablus, Junius & Tremellius, Piscator; "a socio suo", Cocceius.

Jeremia 3:20 In-Context

18 In die dagen zal het huis van Juda gaan tot het huis van Israel; en zij zullen te zamen komen uit het land van het noorden, in het land, dat Ik uw vaderen ten erve gegeven heb.
19 Ik zeide wel: Hoe zal Ik u onder de kinderen zetten, en u geven het gewenste land, de sierlijke erfenis van de heirscharen der heidenen? Maar Ik zeide: Gij zult tot Mij roepen: Mijn Vader! en gij zult van achter Mij niet afkeren.
20 Waarlijk, gelijk een vrouw trouwelooslijk scheidt van haar vriend, alzo hebt gijlieden trouwelooslijk tegen Mij gehandeld, gij huis Israels! spreekt de HEERE.
21 Er is een stem gehoord op de hoge plaatsen, een geween en smekingen der kinderen Israels, omdat zij hun weg verkeerd, en den HEERE, hun God, vergeten hebben.
22 Keert weder, gij afkerige kinderen! Ik zal uw afkeringen genezen. Zie, hier zijn wij, wij komen tot U, want Gij zijt de HEERE, onze God!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.