Jeremia 37:1

1 En Zedekia, zoon van Josia, regeerde, koning zijnde, in plaats van Chonja, Jojakims zoon, welken Zedekia Nebukadrezar, de koning van Babel, koning gemaakt had in het land van Juda.

Jeremia 37:1 Meaning and Commentary

Jeremiah 37:1

And King Zedekiah the son of Josiah reigned
The brother of Jehoiakim, whose untimely death, and want of burial, are prophesied of in the preceding chapter. The name of Zedekiah was Mattaniah before he was king; his name was changed by the king of Babylon, who made him king, ( 2 Kings 24:17 ) ; instead of Coniah the son of Jehoiakim:
the same with Jehoiakim, or jeconiah, called Coniah by way of contempt; he reigned but three months, and so was not reckoned as a king, not being confirmed by the king of Babylon, but was carried captive by him, and his uncle placed in his stead: whom Nebuchadrezzar king of Babylon made king in the land of Judah;
to whom he became tributary, and swore homage and fealty, ( 2 Chronicles 36:13 ) .

Jeremia 37:1 In-Context

1 En Zedekia, zoon van Josia, regeerde, koning zijnde, in plaats van Chonja, Jojakims zoon, welken Zedekia Nebukadrezar, de koning van Babel, koning gemaakt had in het land van Juda.
2 Maar hij hoorde niet, hij, noch zijn knechten, noch het volk des lands, naar de woorden des HEEREN, die Hij sprak door den dienst van den profeet Jeremia.
3 Nochtans zond de koning Zedekia Juchal, den zoon van Selemja, en Sefanja, den zoon van Maaseja, den priester, tot den profeet Jeremia, om te zeggen: Bid toch voor ons tot den HEERE, onzen God!
4 (Want Jeremia was nog ingaande en uitgaande in het midden des volks, en zij hadden hem nog in het gevangenhuis niet gesteld.
5 En Farao's heir was uit Egypte uitgetogen; en de Chaldeen, die Jeruzalem belegerden, als zij het gerucht van hen gehoord hadden, zo waren zij van Jeruzalem opgetogen.)
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.